16 augustus:
Fietsen rond Roeselare
voor het laatst
bijgewerkt op:
23-02-2022
Het is wederom half negen als we de
luiken openen. Loes gaat verse broodjes halen en dan bekijken we het
programma voor vandaag.
Als ze terugkomt, brengt ze harde broodjes èn zon
mee. Toch begint het onder het ontbijten te regenen en komt ook het klein
konijntje weer even langs. Even later breekt de lucht weer een beetje, maar
het blijft af en toe miezeren. We besluiten er een combidag van te maken: we
gaan met de auto binnendoor naar Roeselare en nemen de fietsen achterop mee.
Dan kunnen we tegen de tijd dat we er aan toe zijn, alsnog beslissen of we wat
rondlopen of bij mooi weer fietsen. We rijden de straat uit richting Schelde
en houden die route aan om bij Nazareth het water over te steken.
Via Nokere
houden we Waregem aan, langs Desselgem, dan de Leie oversteken en iets naar
het noorden onder Oostrozebeke langs naar Ingelmünster.
Uiteraard proberen ze
ons bij Roeselare weer via een of andere ringweg om te leiden, maar we
steken vrij snel door en zetten de Zafira net binnen de ring -maar buiten de
betaalzone- op een ruime plek langs de Meiboomlaan. Alle ruimte om de
fietsen af te laden, want het is stralend zonnig weer, en dan het centrum
in.
Daar brengen we eerst een bezoek aan het infocentrum. We schaffen een
extra knooppuntenkaart aan: van deze hoek hadden we hem nog niet. Voor in de
map in het huisje nemen we extra foldermateriaal mee: ze hebben wel diverse
steden in de aanbieding, maar Roeselare niet. Eerst informeren we waar het
Nationaal Wielermuseum is: de steeg hier tegenover in en dan rij je er zó op
af.
Een fatsoenlijk fietsenrek of andere
plek om het hier zo geroemde ijzeren ros te stallen is er niet, dus we
planten de Giant en de Gazelle tegen de gevel. Dat mag, zegt de mevrouw van
de kaartverkoop. Wat niet mag is het meenemen van je camera: tassen en
foto-/filmapparatuur moet in de kluisjes. Geen idee of er zoveel geheimen in
het museum te vinden zijn -ook na het bezoek kunnen we die vraag niet
beantwoorden- maar ze hebben een uitgebreide en zeer interessante collectie.
Er blijken veel exemplaren te zijn bewaard, van de eerste loopfietsen via de
trapfietsen en de hoge bi tot en met veiligheidsfietsen aan toe.
Het opstappen op zo'n hoge bi was een
hele kunst , getuige de 'handleiding' die erbij staat:
Uiteraard
zijn er veel fietsen van de modernere soorten aanwezig: toerfietsen,
legerfietsen, postfietsen en een heel scala aan racefietsen. België is niet
voor niets het land van de wielersport. Grote namen zie je hier dan ook
ruime aandacht krijgen. Ook de meeste recente ontwikkelingen zijn
vertegenwoordigd: elektrisch aangedreven fietsen, van Solex tot Spartamet en
de Gazelle Boomerang: een 'twijfelgeval tussen fiets en ligfiets'.
Overigens
ontbreekt dan weer de Giant EZ-bike, de eerste van dit type. Wat er ook niet
staat -en dat is toch een grote misser- een ligfiets. Ach, we zullen maar
denken dat die nog moet komen. Overigens: bij de eerste modellen wordt op
bordjes nog wel uitleg gegeven, maar zodra je zeg maar in de twintigste eeuw
komt, houdt meteen alle informatie op. Kortom: er moet iemand nog eens
driftig aan de slag om er niet alleen een verzameling van te maken, maar ook
een museumcollectie met educatieve waarde.
Eenmaal buiten gaan we door de
naastgelegen poort: volgens een bordje is dat de route naar de start van het
fietsknooppunten-netwerk.
We starten bij nummer 66 en gaan dan wat zuidelijk
van Roeselare de streek verkennen. We blijven keurig een eindje bij de
provinciale weg vandaan. Ook nu zijn er verrassende paadjes, soms zelfs van
niet meer dan 20 centimeter breed. We komen ook langs een veld waar de kool
wordt geoogst. Terwijl de volwassenen de kolen verzamelen in de manden,
rijdt een klein meisje af en toe mee op de trekker. Daar stapt ze soms ook
van af en terwijl we foto's maken zien we het gebeuren: de trekker rijdt
achteruit, zonder het meisje te zien. Gelukkig heeft haar moeder het wel in
de gaten en op een grote schreeuw van haar stopt de chauffeur onmiddellijk.
Gelukkig... dat loopt goed af.
Bij de ingang naar de bijbehorende
boerderij staan wat interessante houten beelden. kennelijk een creatieve
boer.
Tegen vieren krijgen we dorst, dus passen
we de volgorde van de knooppunten wat aan. Zo komen we op weg naar nummer 34
terecht in Oostnieuwkerke. Daar staat de Reisduif, ook wel het Knabbelcafé
genoemd. Het hele terras zit of beter gezegd staat vol met rolstoelen. De
begeleiders hebben alle beschikbare stoelen in gebruik, dus wij pakken er
twee van binnen.
Het is tenslotte nog heerlijk warm, dus ook wij genieten op
het terras van de zon, ditmaal begeleid door een rode wijn en een Corsendonck Agnus. Er komt een schaaltje met blokjes kaas en mosterd bij en
we houden het hier dus wel even uit. Het tweede rondje doe ik het wat
rustiger aan, met een Carlsbach blond. Maar dat blijkt dus toch naar gewoon
pils te smaken en bevalt me niet echt. De rolstoelers rollen weer
verder en de vrijgekomen plekken worden al weer snel door nieuw volk
ingenomen. Er strijken even verderop
-binnen hoorafstand- vier streekbewoners neer: maar dat taaltje is dus echt
niet te volgen! Alsof ze zó uit het buitenland komen.
We stappen weer op en rijden richting
33, net voorbij het dorpje Linde. Dat is denken we het enige nadeel van de
knooppunten: om te weten wóór je bent, moet je op de kaart naar de plaatsjes
kijken. We steken via 32 en 30 nog iets verder door naar het noorden,
rijdend door een heel mooi landschap. De fietskaart geeft hier zelfs op weg
naar Hooglede een uitzichtspunt aan, maar dat hebben we niet echt kunnen
vinden. Evengoed is het hier prachtig: een streek waar we zeker nogeens zullen
komen.
Via het voorstadje Schiervelde steken we zó door naar het centrum van Roeselare om de auto weer op te kunnen halen.
We hebben er weer 50
fietskilometers op zitten. En, heel belangrijk, we hebben dus vanmorgen de juiste
keuze gemaakt: het is droog gebleven en zelfs zeer zonnig.
De route terug doen we via Waregem en
Kruishoutem, een zeer rustiek dorpje met mooie doorkijkjes. Ze vieren hier
jaarlijks de Gulden Eifeesten en er is veel toeristisch fietsverkeer. Wij
zijn op dit moment echter de enigen ;-))
Daarna steken we schuin noordoost door richting Merelbeke
. Wederom kunnen we terugkijken op een geslaagde tocht, deze keer van 50
kilometer.
De avond brengen we weer gezellig is de
serre door. |